Bij een plafond plaatsen we de gipsplaten niet rechtstreeks op het plafond maar op een aparte structuur. Zo maak je je plafond of dakbekleding onafhankelijk van de bestaande constructie. Als die beweegt of in minder goede staat is, zal dat geen invloed hebben op de gipsplaten. Wees er alvast zeker van dat de bestaande constructie geen vochtproblemen heeft en voldoende stabiel is om het plafond te kunnen dragen.
Er zijn 3 systemen om een plafond te plaatsen. Wanneer
gebruik je welk systeem?
Metal Stud® Plafond
Gebruik dit systeem wanneer de overspanningen kleiner zijn dan 2,55 m. De plafondverlaging hier is (plaatdikte niet meegerekend) minimum 5 cm en een onbeperkte maximale verlaging is mogelijk.
PlaGyp® S plafond
Gebruik dit systeem wanneer de overspanningen groter zijn dan 2,55 m en er een houten draagstructuur aanwezig is. De plafondverlaging (plaatdikte niet meegerekend) hier is 3 tot 17 cm.
PlaGyp® D plafond
Gebruik dit systeem wanneer de overspanningen groter zijn dan 2,55 m en de ondergrond bestaat uit een harde betonnen draagstructuur. Ook voor een grotere plafondverlaging (van 17,5 cm tot een zelf te kiezen hoogte, excl. plaatdikte) is dit systeem aangewezen.